11 nov 2020 - 18:21
Nieuws
Zoals op vele andere plaatsen in het land, verliep de 11 november herdenking ook in Lier met respect voor de geldende coronamaatregelen. Geen plechtig Te Deum, geen optocht door de stad, geen ontvangst in het stadhuis en slechts een beperkte plechtigheid aan het monument van de gesneuvelden en op de militaire begraafplaats.
Aan het monument van de gesneuvelden werd een bloemenkrans neergelegd namens de stad Lier, het bataljon Artillerie, The Royal British Legion en de Koninklijke Verbroedering der Artillerie 2A – 8A – RAL. Soloblazer Filip T’Seyen zorgde voor een indringende last post.
Een vergelijkbaar scenario voltrok zich in ijltempo op de militaire begraafplaats. Hier liggen 490 Belgische gesneuvelden begraven die in september-oktober 1914 het leven lieten bij de verdediging van de frontlijn achter de Nete. Het kerkhof is eveneens de laatste rustplaats van 32 Britse en 9 Canadese soldaten die omkwamen tijdens wereldoorlog II. Deze graven worden onderhouden door de ‘Commonwealth War Games Commission’. Ook hier werden kransen neergelegd namens de stad Lier en het bataljon Artillerie. Namens de Koninklijke Verbroedering der Artillerie 2A – 8A – RAL kwam ook voorzitter Raymond Pirlet samen met zijn echtgenote aan het monument van Georg Kolbe een krans neerleggen.
Tekst: DéBé
Foto’s, Engel: Marijn Van Mol en Georg Kolbe: ROM
