19 mrt 2021 - 09:19
NieuwsIn het kader van het archeologisch onderzoek naar aanleiding van de werkzaamheden voor de herinrichting van de Ros Beiaardstraat en het Sionsplein, werd eerder een goed bewaard skelet opgedolven. Op verzoek van het Agentschap Onroerend Erfgoed werden de opgravingen verder gezet. Ondertussen staat te teller al op twintig. Dit aantal kan nog oplopen naargelang het onderzoek vordert.
Het eerste skelet dat op de plaats van de vroegere Claes Gummaers-molen werd blootgelegd, was dit van een man. De nieuwste opgravingen gebeurden aan het Sionsplein ter hoogte van en voorbij de Hazenstraat. Ook al werden er naast de skeletten weinig objecten gevonden om de menselijke resten nauwkeurig te dateren, dan gaan ze volgens Mattias Heirman van het archeologisch onderzoeksbureau BAAC terug tot het einde van de 16de – begin van de 17de eeuw. ‘We hebben in de graven muntstukken uit 1586-1589 gevonden. De skeletten – zowel van mannen als vrouwen – werden begraven in diverse richtingen, wat louter om praktische redenen kan gebeurd zijn. Verder onderzoek van het bot zal beslist helpen om de datum van het overlijden te bepalen. Het gaat in ieder geval om een opmerkelijke begraafplaats. Een link met het voormalige Sionsklooster is voorlopig niet aan de orde’. Een piste die nog niet bewandeld werd, zou eventueel kunnen leiden naar het aloude ‘Sinte Elisabethen Gasthuys’. Het bestond al in de 12de eeuw en was gelegen in de Berlarij ter hoogte van de Molenstraat. Omstreeks 1236 werd het overgebracht naar de Berlaarsestraat tegenover de Gasthuisvest. Het kreeg opeenvolgende namen zoals ‘O.L.V.-gasthuis’ (13de-14de eeuw), ‘Sint-Lysbettengasthuis’ (1422) en ‘Tryckgasthuis’ (1496). Uiteindelijk verhuisde het naar ‘de Veldekens’ in de Mechelsestraat, waar van 1868 tot 1873 een ‘nieuw’ gasthuis werd gebouwd. Nader onderzoek lijkt aangewezen, al is voorzichtigheid geboden.
Tekst: DéBé
Foto’s: ROM