18 feb 2025 - 18:20
NieuwsBij Koninklijk Besluit van 19 januari 2025 ontving Edith Van den Broeck als emeritus Eerste Substituut-Procureur des Konings bij het parket van Antwerpen, de bijzonder eervolle titel van Grootofficier in de Kroonorde. De onderscheiding werd haar toegekend op voordracht van Minister van Justitie Paul Van Tigchelt, als blijk van erkentelijkheid voor ‘bijzondere verdiensten als magistraat gedurende een rijk gevulde loopbaan in de magistratuur’. Eerder werd ze al onderscheiden als Officier in de Kroonorde en als Grootofficier in de Orde van Leopold II.
Op 1 februari 2024 ging Edith Van den Broeck met emeritaat als ere-magistraat, na een loopbaan van bijna 40 jaar als parketmagistraat bij het Openbaar Ministerie. Zij is vooral bekend als grondlegger van de Hoge Raad voor de Justitie en van het Instituut voor de Gerechtelijke Opleiding, de zogenaamde Magistratenschool. Onvermoeibaar heeft ze zich haar ganse loopbaan steeds ingezet voor een kwaliteitsvolle, moderne en onafhankelijke justitie. Edith Van den Broeck studeerde aan het Koninklijke Atheneum campus A. Vanderpoorten in Lier en behaalde het diploma van licentiaat in de rechten aan de Universitaire Instelling Antwerpen. Van 1982 tot 1985 deed ze stage als advocaat aan de balie van Mechelen. Op 1 januari 1985 werd ze benoemd als gerechtelijk stagiair bij het Openbaar Ministerie te Leuven. Van 1986 tot 1988 was ze kabinetsattaché van Minister van Justitie Jean Gol. Op 24 juli 1986 volgde haar benoeming tot Substituut Procureur bij het Openbaar Ministerie te Mechelen en op 26 september 1991 werd ze benoemd tot Eerste Substituut Procureur. In deze hoedanigheid heeft ze uitmuntend en baanbrekend werk verricht op het gebied van bijzondere opsporingstechnieken, slachtofferhulp, bemiddeling in strafzaken en onrustwekkende verdwijningen. Nadat in de nasleep van de zaak Dutroux in 2000 de Hoge Raad voor de Justitie werd opgericht, werd ze verkozen als stichtend lid van het Permanent Bureau (2000-2008) en als voorzitter van de Hoge Raad. Gedurende twee mandaten was ze voorzitter van de Benoemings- en Aanwijzingscommissie (2000-2007), verantwoordelijk voor de selectie, benoeming en opleiding van de magistraten.
In 2000 was ze namens de Hoge Raad voor de Justitie één van de initiatiefnemers van het Europees Netwerk voor de Opleiding van Magistraten (EJTN), waar ze een leidende rol speelde in de stuurgroep alsook in het Aiakosprogramma, het Europees uitwisselingsprogramma voor jonge magistraten. In die periode was ze eveneens initiatiefnemer en vertegenwoordiger voor België in het Europees Netwerk van de Hoge Raden (ENCJ). Ze zetelde van 2003 tot 2008 in de stuurgroep en was voorzitter in 2007 en 2008. In december 2007 richtte ze als directeur het Instituut voor de Gerechtelijke Opleidingen (IGO) op, bedoeld om de magistraten en het gerechtspersoneel te voorzien van een degelijke hedendaagse opleiding. Sinds 2015 werd zij gedetacheerd bij de wereldwijde ‘International Association of Prosecutors’ met zetel in Den Haag, waar ze mee het ‘Global Prosecutors E-Crime Network’ (GPEN) ter bevordering van de internationaal gecoördineerde aanpak van cybercriminaliteit heeft aangestuurd. Thans is ze nog lid van de Federale Deontologische Commissie en van het ‘International Institute for Justice and the Rule of Law’, met zetel in Malta. In Lier is ze stichtend voorzitter van ‘Recht & Vrijheid’ en actief als scenarioschrijver, waarvoor ze een opleiding aan de academie volgde.
Tekst DéBé
Foto Luc Peeters