26 apr 2022 - 19:31
NieuwsVoor schepen van onroerend erfgoed Sabine Leyzen is de Heilig Hart kerk een van de belangrijkste realisaties van architect en kunstschilder Flor Van Reeth De kerk wordt vandaag in ere hersteld, door de onoordeelkundige ingrepen die men in het verleden heeft toegepast. Zo kan men terug genieten van gebrandschilderde glas-in-loodramen en beeldhouwwerk. De mystieke beleving van het kerkgebouw werd vernieuwd door o.a het orgel te verwijderen, de gekleurde lichtstralen en de glazen tegels vrij te leggen en de originele kleuren op het pleisterwerk, plafonds en ijzerwerk opnieuw aan te brengen. Zoals Felix Timmermans het zo plastisch verwoordde: \”Hier is de liturgie verkregen, door de kleur van het licht.\” De kerk wordt niet zoveel meer gebruikt, maar biedt ruimte voor vele mogelijkheden. Als eerste kerk in Lier zullen op deze locatie diverse evenementen kunnen georganiseerd worden. Een verplaatsbaar altaarpodium, stockage en sanitaire ruimten een kleedkamer en een vergaderzaal. De kerk heeft een capaciteit voor 630 personen benadrukte schepen van toerisme Ilse Lambrechts.Er kunnen evenementen gehouden worden en de kerk heeft ook een museum dat door de gidesen opgenomen is op hun toeristische wandelingen.Dirk Beukeleirs, voorzitter van kerkfabriek Heilig Hart schetste de interieurrestauratie van H-HartkerkNa de buitenrestauratie is nu ook de interieurrestauratie van de Heilig Hartkerk voltooid.Toen in 1936 Gustaaf De Wit aangesteld werd tot pastoor van de Heilig Hartparochie, kreeg hij van het bisdom de opdracht een nieuwe kerk te bouwen, langsheen de Antwerpsesteenweg, ter vervanging van de in 1901 gebouwde noodkerk aan de Boomlaarstraat en dit naar aanleiding van de in datzelfde jaar gestichte parochie.Deze kunstzinnige en vooruitstrevende priester koos uit bewondering voor de kunstenaars van de Pelgrimbeweging de Antwerpenaar Flor Van Reeth als architect. De Pelgrimbeweging is in 1925 in Lier ontstaan, op het begijnhof, op initiatief van Felix Timmermans, Flor Van Reeth, en Ernest Van der Hallen. Deze stroming streefde naar een hernieuwing van de christelijke kunst als reactie van de kerkelijke (bouw)kunst van de 19de eeuw. De “Pelgrims” wilden de spirituele en religieuze waarden in de kunst doen heropleven.De kerk is ontworpen volgens een voor die tijd revolutionair concept : Flor Van Reeth brak met de bouwtechnieken van neostijlen van de eerste decennia van de 20ste eeuw. Hij wilde de architectuur tot haar wezen terugbrengen: het scheppen van ruimtes in weloverwogen verhoudingen. Het is een totaalkunstwerk geworden van architectuur, gebrandschilderde glas-in-loodramen en beeldhouwwerk. Hij ontwerpt functioneel en mystiek. Hij hecht belang aan soberheid en atmosfeer. Om de aandacht van de gelovige naar het altaar te leiden (preconciliair), gebruikt hij strenge lijnen en gekleurde lichtovergangen. Het licht in het schip is getemperd, in de zijgangen vooraan blauw. Hoe dichter bij het hoogkoor, hoe lichter het wordt. Het altaar baadt in een warme gloed.Zeker bij zonlicht is de kerk op zijn mooist.Opvallend is de met gele baksteen beklede voorgevel die een sterk contrast vormt met de hoge, monolithische toren met licht vooruitspringend kruis.Boven het portaal een halfverheven beeldhouwwerk van Karel Aubroeck: Christus als Goede herder met het verloren schaap.Toch werd de huidige kerk niet volgens de oorspronkelijke plannen gebouwd. Onder druk van de kerkelijke overheid moesten de plannen meermaals gewijzigd worden. Het ontwerp voor de lange brandglasramen aan weerszijden van de middenbeuk werd afgewezen. Ze zouden een indrukwekkende stoet van apostelen en zwevende engelen voorstellen. Er kwam evenmin toelating voor een glasraamkoepel met Jezus’ hart als centrale afbeelding. Als een soort van reuze lichtkroon van gebrand glas zou die koepel het altaar overspannen en het in een prachtig kleurenpalet laten baden. Ook deze ontwerpen van glazenier Eugeen Yoors werden afgewezen. De nieuwe opdracht werd toevertrouwd aan glazenier Jan Huet, eveneens een toonaangevend figuur in de glasschilderkunst met het huidige resultaat tot gevolg.Niet voor niets noemde Felix Timmermans de Heilig Hartkerk een ‘onvoltooide symfonie’Op 17 augustus 1939 werd de Heilig Hartkerk ingewijd door kardinaal Van Roey, aartsbisschop van Mechelen.Omwille van het feit dat het een uniek voorbeeld betreft van het modernisme tijdens het interbellum werd de kerk reeds bij MB van 24 oktober 1995 erkend als beschermd monument.Toen al drong een restauratie zich op: het arduinen torenkruis diende verwijderd te worden en de toestand van de daken was zorgwekkend. Ook aan het interieur werden in de loop van de jaren een aantal ongelukkige ingrepen gedaan.De buitenrestauratie met inbegrip van de glas-in-loodramen werd in de periode 2010-2011 uitgevoerd door de firma Renotec o.l.v. het toenmalige architectenbureau Ro Berteloot.De start van de restauratie en opwaardering van het interieur liet op zich wachten hoewel het dossier reeds in 2012 door het Agentschap Onroerend Erfgoed werd goedgekeurd; de restauratiepremie werd toegekend in 2016.Omwille van de dringende instandhoudingswerken o.m. aan de elektriciteit, kwam het dossier in een stroomversnelling. In 2019 werd het project terug opgenomen. Er werd een architectuurwedstrijd uitgeschreven voor het actualiseren van het toenmalige aanbestedingsdossier. Het architectenbureau ‘Arch & Teco’ werd aangesteld als ontwerper en de opdracht werd toegewezen aan de firma ‘Monument Goedleven’.De interieurrestauratie geschiedde met het grootste respect voor het oorspronkelijk concept van architect Van Reeth door o.m. het aanbrengen van de originele kleuren op het pleisterwerk, de lugino plafonds en het ijzerwerk. Ook werden de gekleurde lichtstraten en de glazen tegels terug vrijgegeven. Ook de karakteristieke marmeren wandbekleding, de granitovloeren en tegels en het houtwerk werden hersteld. Het orgel op het doksaal werd afgebroken.De restauratie kadert echter ook in een ruimer geheel: bij de opmaak van het kerkenbeleidsplan werden de opportuniteiten en de meerwaarde van deze bijzondere kerk in Lier duidelijk. De kerk heeft veel potentieel om aanvullend op de erediensten (nog altijd de hoofdfunctie) een plaats te kunnen worden voor culturele en educatieve bijeenkomsten en evenementen. Binnen de eigenheid van de architectuur werd gezocht naar subtiele ingrepen om de kerk klaar te maken voor veelzijdig gebruik.De inrichting van een permanente museale ruimte waar de bouwgeschiedenis van de kerk en de Pelgrimbeweging worden toegelicht, versterken deze visie.De nieuwe Maria-bidkapel die zoveel mogelijk ook permanent toegankelijk zal zijn, biedt dan weer de mogelijkheid om ook in Lier-Noord een plekje van bezinning en gebed te hebben.Kerken hebben een rijke geschiedenis met één constante: ze zijn een veilige thuishaven en zorgen voor een sociale en maatschappelijke verankering in de parochie en de wijk. Deze restauratie geeft hiertoe de aanzet. Het is nu aan de toekomstige generaties om dit daadwerkelijk in vullen.01 mei om 10:00 uur vindt er een eucharistieviering plaats, voorgegaan door bisschop Johan Bonny. In de namiddag zijn er vanaf 13:30 uur rondleidingen en kan je een permanente en tijdelijke tentoonstelling houden.Tekst en foto’s: RM