Duo ijvert voor behoud Lierse kunstambachten

16 jan 2020 - 11:28

Nieuws

De rijke traditie van Liers kant-, parel- en borduurwerk mag niet verloren gaan. Dit is de vaste overtuiging van Felix Van Loock en Hilde Duys, de aangewezen ambassadeurs van deze authentieke Lierse kunstambachten. Vanaf begin april 2020 gaan ze in de statige herenwoning aan de Werf 13 een permanente tentoonstellingsruimte openen, waar ook demonstraties en lessen zullen gegeven worden.

Hilde Duys kreeg de passie voor het kant-, parel- en borduurwerk als het ware met de paplepel ingegeven. Al vrij jong schreef ze zich in aan de Lierse kunstacademie, waar ze zowel in avond- als dagonderwijs meerdere richtingen volgde. Nadat de kinderen het huis uit waren, vond ze de weg naar haar passie terug. Werd een atelier gesloten dan was ze er als de kippen bij om het materiaal op te halen. Ze won nationale en internationale wedstrijden. Met de regelmaat van een klok ontwierp en maakte ze prachtige kant, borduurwerk en beparelde handtassen. Samen met Felix Van Loock lag ze jaren geleden aan de basis van de vzw. Cultuur Atelier, die meer dan 1.500 bezoekers mocht verwelkomen.

Felix Van Loock is als geen ander verbonden met de geschiedenis van het Lierse kant-, borduur- en parelwerk. Als laatste zaakvoerder van de ‘Paaps Embroidery’ is hij de auteur van het boek ‘Lier & ’t Haak-naaldje’. Zoals blijkt uit dit omvangrijk werk werd omstreeks 1810 in Lier van start gegaan met kantsteekwerk. In 1830 verscheen de Lierse kant die werd uitgevoerd naar Zuid-Amerika, Mexico, de Verenigde Staten van Amerika en Canada én naar de grote modehuizen in Londen en Parijs. Belangrijk was de introductie van de Cornelymachine in 1865. De charlestonmode van de jaren ’20 was een gouden tijd. Van 1947 tot 1967 werden wereldwijd handtassen met parelwerk uitgevoerd. Felix Van Loock lag in Lier ook aan de basis van het computerborduren.

De verschillende vormen van het kunstambacht hadden een duidelijke impact op de tewerkstelling, vooral van thuiswerkende vrouwen. Voor wereldoorlog I en tijdens de charlestonperiode ging het zelfs om zo’n 3.000 éénheden. Bij het einde van de jaren ’60 verhuisde de bedrijvigheid geleidelijk naar het buitenland, vooral Indië en China. Een belangrijk deel van het familiepatrimonium (afgewerkte producten, machines, staalboeken …) werd geschonken aan de kunstacademie in Lier en aan het Modemuseum in Antwerpen.

De tentoonstellingsruimte aan de Werf 13 zal vanaf 4 april 2020 elke eerste zaterdag van de maand gratis te bezoeken zijn van 13 tot 17 uur. Er zullen unieke werkstukken kant- en borduurwerk te bewonderen zijn, net als handtassen bezet met parels en pailletten, evenals originele Cornelymachines. Ter plaatse worden ook demonstraties en lessen gegeven. Verder wordt samenwerking nagestreefd met de afdelingen kant en mode van de Lierse academie.

Tekst: DéBé

Foto’s: RM

Door onze website te gebruiken, verklaart u zich akkoord met onze Cookie Policy en Privacy Policy.

OKMeer informatie.