20 nov 2024 - 22:43
NieuwsIn 1999 werd het Lierse belfort samen met 23 andere belforten uit Vlaanderen en Noord-Frankrijk erkend als Unesco Werelderfgoed. Om de 25ste verjaardag van deze erkenning te vieren, kan woensdag 4 december tussen 10 en 16 uur een exclusief bezoek gebracht worden aan het middengedeelte van de belforttoren en aan de zolderverdieping van het stadhuis met het prachtig houten dakgebinte. Om veiligheidsredenen is het aantal plaatsen beperkt en verloopt het bezoek onder begeleiding. Reserveren kan via www.visitlier.be/nl/belfort-25-jaar-unesco, met opgave van het gewenste tijdslot.
Het Lierse belfort werd in 1369 door Hendrik Meys naast de toenmalige lakenhallen gebouwd. Lier kende toen een bloeiende lakenhandel. Aanvankelijk was hier ook de vergaderzaal voor het stadsbestuur gevestigd. De schepenen kwamen immers vooral uit het lakenambacht. Pas vanaf 1418 wordt het gebruik beperkt tot zetel van de stadsadministratie en de rechtspraak en verhuisde de lakenhal naar het Vleeshuis. De bouwwerken van het belfort verliepen in 2 fasen. In 1369 gaat het om een bescheiden vierkante toren met een voorlopige afdekking in hout en schalies. In 1411 volgt de gedeeltelijke afbraak van de toren en de heropbouw tot het huidige belfort. Typisch voor de belforttorens uit de 13de en 14de eeuw is de éénvoudige torenromp met een iets ingewikkelder en uitgewerkte bovendeel. De zeer dikke muren in de onderbouw maken steunberen overbodig. Bovenaan lopen de muren uit op kantelen met 4 uitkragende hoektorentjes. De toren beschikte over een stormklok die in geval van nood luidde. Het Lierse belfort was een bewaarplaats van de stadsklokken en diende als uitkijkpost voor de stadswachter. Deze functie werd nadien overgenomen door de Sint-Gummarustoren. In 1971 kreeg de toren een kleine automatische beiaard met 23 klokken, die om het kwartier een deuntje spelen. De belforttoren is 42,5 meter hoog en staat symbool voor vrijheid en zelfstandigheid.
Tekst DéBé
foto Luc Peeters