31 mrt 2020 - 16:10
NieuwsVrijdag 3 april zal het precies 75 jaar geleden zijn dat Arthur Vanderpoorten overleed in het concentratiekamp van Bergen-Belsen. Hij stierf er twee weken vooraleer het kamp bevrijd zou worden door Britse militairen.
Arthur Vanderpoorten werd op 3 december 1939 minister van Openbare Werken en nadien van Binnenlandse Zaken, in de regering Pierlot III, een regering van nationale éénheid met christendemocraten, socialisten en liberalen. Toen de regering bij het uitbreken van WO II in ballingschap naar Londen ging, bleef Arthur Vanderpoorten met zeven collega’s in de niet-bezette Franse zone waar hij Belgische vluchtelingen hielp. Op 4 januari 1943 werd hij in Le Pont-de-Claix gearresteerd op verdenking van het verlenen van steun aan een verzetsorganisatie en ontsnappingslijn. Hij werd gevangen gezet in Fresnes en nadien getransporteerd naar Buchenwald en Oranienburg-Sachsenhausen. Hij kreeg het statuut van Nacht und Nebel-gevangene. Omdat zijn familie toch een poging deed om hem pakjes te zenden, werd hij gestraft met een transport naar Natzweiler waar hij in de zoutmijnen zou moeten werken.
Een bombardement op de trein deed hem echter opnieuw in Sachsenhausen en bij de ontruiming van het kamp in Bergen-Belsen terechtkomen. De fel verzwakte Arthur Vanderpoorten overleed er op 3 april 1945 aan tyfus. Tijdens zijn actieve politieke carrière werd o.a. de Wet-Vanderpoorten gestemd die ervoor zorgde dat de gebouwen van het rijksonderwijs niet langer door de lokale besturen maar door de nationale overheid zouden gebouwd en onderhouden worden. De eerste school van die aard op het Lierse grondgebied was het Atheneum Campus Arthur Vanderpoorten, dat om deze reden naar hem werd genoemd. Arthur Vanderpoorten is de vader van Herman Vanderpoorten en de grootvader van Marleen Vanderpoorten en Patrick Dewael. Het Willemsfonds Lier, Open VLD Lier-Koningshooikt en het Atheneum Campus Arthur Vanderpoorten hadden op 3 april een bloemenhulde gepland aan het monument in de school. Als gevolg van de corona-crisis wordt deze hulde verplaatst naar het najaar.
Tekst: DéBé
Foto: Open VLD Lier